U bent hier

Algemeen Ziekenhuis Sint-Dimpna, Geel

' . t('Embed code') . '

' . t('close') . '

Rectumkanker

Rectumkanker of endeldarmkanker is een kanker die voorkomt in het laatste deel van de dikke darm en zich vrijwel altijd ontwikkelt vanuit een poliep van het slijmvlies. Volgens cijfers van de Stichting Kankerregister (Belgian Cancer Registry, BCR) is dit de derde meest voorkomende vorm van kanker. In 2017 werden 2.246 nieuwe gevallen van endeldarmkanker geregistreerd in België. Dit type van kanker komt voornamelijk voor bij mannen waarvan 1.402 geregistreerd in 2017.

Een multidisciplinair samengestelde ontwikkelingsgroep met brede vertegenwoordiging vanuit de Vlaamse ziekenhuizen, in de schoot van het project Vlaams Indicatorenproject Algemene Ziekenhuizen (VIP² AZ) ontwikkelde in samenwerking met de Stichting Kankerregister reeds in 2016 een set kwaliteitsindicatoren voor rectumkanker. In 2020 werd deze expertengroep opnieuw samengebracht en werden deze indicatoren opnieuw bepaald met recente gegevens.

De analyses van de indicatoren zijn opgesplitst per periode van diagnose, en dit voor de periodes 2009-2011, 2012-2014 en 2015-2017 om monitoring over de verschillende jaren mogelijk te maken.

Welke aspecten worden gemeten ?

We peilen naar:

  • De relatieve overleving en het relatief sterfterisico binnen 3 jaar na rectumkanker diagnose voor alle patiënten.
  • De sterftekans van geopereerde patiënten binnen de 30 en 90 dagen na de chirurgische ingreep. De relatieve overleving en het relatief sterfterisico binnen 3 jaar na rectumkanker diagnose voor geopereerde patiënten (verwijderen van deel van endeldarm).

Deze indicatoren voor rectumkanker zijn allen zogenaamde "outcome"- of uitkomstindicatoren. Dit wil zeggen dat zij;

  • Ofwel een percentage patiënten meten waarbij een bepaalde gebeurtenis (=uitkomst) zich heeft voorgedaan
  • Ofwel de tijd meten tot een welbepaalde gebeurtenis zich voordoet

De gebeurtenis die hier bekeken wordt, is steeds het overlijden, zelfs indien in een indicator over "overleving" gesproken wordt. Naast deze resultaten willen we met de experten bekijken of in de toekomst ook andere indicatoren mogelijk zijn die zich richten op het proces van kwaliteitsvolle zorg bij rectumkanker.

WAT IS HET DOEL VAN DEZE PUBLICATIE?

Het VIKZ biedt elke zorgvoorziening op Zorgkwaliteit.be een platform om transparant te kunnen communiceren over de gemeten resultaten, deze toe te lichten, ze te vergelijken met andere ziekenhuizen en ze op te volgen doorheen de tijd. Ziekenhuizen die kiezen voor transparantie verdienen dan ook in eerste instantie veel waardering. Op termijn, eens er een meer uitgebreide kernset van indicatoren per ziekenhuis beschikbaar is op Zorgkwaliteit.be, moet dit de patiënt ook kunnen helpen om beter geïnformeerde keuzes te maken.

Elke indicator staat op zichzelf. Je kan geen optelsom van alle behaalde resultaten maken. Het gaat telkens om deelaspecten. Deze indicatoren geven dan ook een idee over de kwaliteit van zorg voor rectumkanker, maar geen totaalbeeld , en al zeker niet over de gehele zorgkwaliteit in het ziekenhuis.

Ook moet je de tijdigheid van de data in rekening nemen. Deze resultaten zijn voor patiënten die minstens drie jaar geleden hun behandeling startten. Om de overleving over meerdere jaren te kunnen berekenen, en de nodige gegevens te verzamelen kunnen meer recente gegevens niet gebruikt worden. Recente kwaliteitsverbetering in de zorg voor rectumkanker is daarom nog niet zichtbaar in deze resultaten.

Gebruik de resultaten dan ook met de nodige omzichtigheid. Bespreek ze steeds met uw arts en zorgverlener als u hierover vragen heeft.

Hoe kan je de resultaten interpreteren ?

Je kan de resultaten bekijken per individueel ziekenhuis, maar ze ook vergelijken met andere ziekenhuizen. Om te kunnen komen tot een eerlijkere basis voor vergelijking worden enkel patiënten meegenomen die aan vooraf bepaalde, gelijke criteria voldoen. Hierdoor is het weergegeven aantal patiënten per ziekenhuis vaak kleiner dan het werkelijk aantal behandelde patiënten. Ook zijn een minimum aantal patiënten nodig om betekenisvolle conclusies te trekken. Daarom worden de resultaten van ziekenhuizen die minder dan dit minimum aantal patiënten behandelden niet weergegeven. Dit wordt per indicator vermeld onder de inleiding.

Om te kunnen vergelijken worden gecorrigeerde indicatoren berekend. Dit betekent dat hier wordt rekening gehouden met een aantal factoren zoals leeftijd, zelfredzaamheid en ernst van de aandoening, die de patiëntenpopulatie per ziekenhuis bepalen en een invloed kunnen hebben op de resultaten van die indicatoren.Een perfecte correctie is echter niet mogelijk, en dit omdat niet alle mogelijke factoren die een invloed kunnen hebben, gekend zijn of in rekening kunnen genomen worden, zoals onder andere:

  • socio-economische factoren zoals gezinssituatie, beroep en inkomen van de patiënt
  • het pre-operatief risico (uitgedrukt met de ASA-classificatie van de gezondheidsstatus)
  • Andere kenmerken van levensstijl en aandoeningen die niet zijn opgenomen zoals tabaks- en alcoholconsumptie, zwaarlijvigheid, nierfalen en andere chronische ziektes

Rekening houdend met deze beperkingen kan wel worden geoordeeld dat deze correctie op basis van de beschikbare gegevens tot een voldoende betrouwbare basis voor vergelijking leidt. Wanneer er onvoldoende gegevens beschikbaar zijn om de correctie te bepalen, wordt geen resultaat weergegeven.
In tegenstelling tot andere indicatoren op deze website zijn er voor deze indicatoren geen streefwaarden.

Hoe wordt de betrouwbaarheid van deze data gecontroleerd?

Controle van de indicatoren en de resultaten gebeurt op drie niveaus:

  • Selectie, ontwikkeling en verfijning van de indicatoren gebeurt door een groep van experten op het vlak van rectumkanker.
  • De indicatoren worden berekend door koppeling van de databank van de Stichting Kankerregister (BCR) met deze van het Intermutualistisch agentschap (IMA). Het Kankerregister past bij de berekening uitgebreide validatieprocedures en kwaliteitscontroles toe.
  • De resultaten worden nadien ter controle voorgelegd aan de ziekenhuizen. Zij kijken de resultaten na aan de hand van de gegevens uit hun medische dossiers en krijgen de tijd om eventuele verschillen in de resultaten te melden aan het Kankerregister.
  • Vervolgens worden de indicatoren, de gehanteerde methodologie en procedure, de voorstellingswijze en duiding bij de resultaten voorgelegd aan de Toezichtscommissie van VIKZ. Deze co

Overleving en sterfterisico

Onderstaande indicatoren behandelen de kans op overleven drie jaar na datum van diagnose. Gezien de kans op overleven afhankelijk is van een aantal factoren wordt ook het gecorrigeerd relatief sterfterisico binnen de 3 jaar na diagnose berekend. Voor deze laatste indicator wordt rekening gehouden met onderstaande factoren:

  • Geslacht van de patiënt
  • Leeftijd bij diagnose
  • Klinisch stadium van de ziekte (=uitgebreidheid van de tumor op het moment van diagnose)
  • Mate van zelfredzaamheid van de patiënt op moment van diagnose. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van het scoresysteem van de Wereldgezondheidsorganisatie

Voor de bepaling van het relatief sterfterisico, maar niet van het relatief sterfterisico ten gevolge van rectumkanker worden ook onderstaande factoren in rekening genomen:

  • Andere aandoeningen van de patiënt (chronische hart- en vaataandoening, chronische aandoening van de luchtwegen en suikerziekte)
  • Het aantal hospitalisatiedagen tijdens twaalf maanden voor de diagnose van rectumkanker werd gesteld.

Door rekening te houden met deze factoren kan er een meer correcte vergelijking tussen de ziekenhuizen worden bekomen.

Merk op dat het onmogelijk is om te corrigeren voor álle factoren die een invloed kunnen hebben op het sterfterisico, aangezien deze informatie niet allemaal voorhanden is.

Hoe verhoudt de overleving bij rectumkankerpatiënten zich tot die voor een gelijkaardige groep personen zonder rectumkanker? Deze verhouding wordt de relatieve overleving genoemd. De relatieve overleving voor een ziekenhuis is specifiek voor de groep patiënten die dit ziekenhuis consulteerde. Merk op dat men op basis van deze indicator geen correcte vergelijking kan maken tussen de ziekenhuizen onderling en dat deze indicator niet de geobserveerde overlevingskans weergeeft. Bekijk hem daarom samen met de andere indicatoren voor sterfterisico.

Het resultaat van deze indicator werd niet bepaald, omdat Algemeen Ziekenhuis Sint-Dimpna onvoldoende patiënten had waarvoor de indicator van toepassing was. Daardoor zijn er voor 2015-2017 onvoldoende gegevens beschikbaar om een betrouwbaar resultaat te kunnen tonen.

Waarom is deze indicator belangrijk?

Deze indicator geeft een schatting van de overleving indien rectumkanker de enige mogelijke doodsoorzaak zou zijn. Deze indicator vergelijkt de driejaarsoverleving van twee groepen: de driejaarsoverleving van patiënten met rectumkanker relatief tot die van een gelijkaardige groep van personen uit de algemene bevolking (zelfde leeftijd, geslacht, regio en kalenderjaar). Deze indicator kan dan ook enkel relatief geïnterpreteerd worden, dat wil zeggen dat de overlevingskans wordt weergegeven ten opzichte van deze van de algemene Vlaamse bevolking.

Hoe deze resultaten interpreteren?

Een relatieve overleving kleiner (groter) dan 100% wil zeggen dat de overleving bij rectumkankerpatiënten lager (hoger) is dan in de algemene bevolking. Omdat het een verhouding betreft, kunnen de resultaten voor relatieve overleving gelijk zijn aan of dicht bij 100% liggen. Dit betekent niet dat patiënten niet overlijden, maar dat patiënten met dit type kanker een gelijkaardig risico op overlijden hebben als personen in de algemene Vlaamse bevolking. De relatieve overleving kan zelfs boven 100% liggen. Dit fenomeen kan verklaard worden door een gezondere levensstijl of een nauwere medische opvolging van patiënten, maar kan ook eerder methodologisch van aard zijn, bijvoorbeeld omdat de groep uit de algemene bevolking waarmee vergeleken werd te verschillend was van de groep patiënten voor factoren die niet in de vergelijking werden meegenomen.
Op basis van deze indicator kan geen correcte vergelijking gemaakt worden tussen ziekenhuizen. De relatieve overleving voor een ziekenhuis is immers specifiek voor de groep patiënten die dit ziekenhuis consulteerde. Bekijk hem daarom samen met de gecorrigeerde relatieve sterfterisico's.

Hier staat een staafgrafiek die het resultaat toont van de voorziening dat u hebt gekozen hebt. De staafgrafiek toont ook waar de resultaten uitkomen van 95% van de voorzieningen, de streefwaarde voor deze indicator en de mediaan.

Legende

De resultaten van deze niet-gecorrigeerde indicator kunnen niet gebruikt worden om voorzieningen te vergelijken

  • De gekleurde balk toont het resultaat van de voorziening voor de aangeduide periodes.
  • De onderste, grijze balk (het “95% interval”) geeft aan waar de resultaten uitkomen van 95% van de voorzieningen in de meest recente periode.
  • De lichtblauwe brede stippellijn is de mediaan of het middelpunt van de sector, in de meest recente periode: de helft van de voorzieningen in deze sector haalde een resultaat hoger dan of gelijk aan de mediaan, de andere helft haalde een resultaat lager dan of gelijk aan de mediaan.

Hier staat een trechtergrafiek. Die toont de resultaten van alle ziekenhuizen ten opzichte van het aantal patiënten in elk ziekenhuis waarvoor de indicator gemeten is. De grafiek toont het 95% predictieinterval  in de vorm van een trechter. Elk ziekenhuis dat binnen de trechter van het 95% predictieinterval ligt, heeft geen afwijkend resultaat in vergelijking met het Vlaams gemiddelde.

Legende

Dit is een zogenaamde trechtergrafiek (hoe een trechtergrafiek interpreteren?).

  • Deze grafiek toont ofwel de resultaten van één voorziening voor meerdere periodes of vergelijkt de resultaten van verschillende voorzieningen voor de meest recente periode.
  • Hoe hoger een voorziening in deze grafiek ligt, hoe hoger zijn resultaat (de verticale as).
  • Hoe meer naar rechts het resultaat van de voorziening ligt, hoe nauwkeuriger het berekende resultaat is. Deze precisie is voor overlevingskansen gerelateerd, maar niet gelijk aan het aantal patiënten waarvoor de indicator gemeten is (de horizontale as).
  • Het 95% predictieinterval voor de gekozen periode: elke voorziening die binnen deze trechter ligt, heeft geen afwijkend resultaat in vergelijking met het Vlaams gemiddelde van die periode.
  • De blauwe stippellijn: het Vlaams gemiddelde van de gekozen periode.
  • De grijze stippen: de resultaten van alle deelnemende Vlaamse voorzieningen voor de gekozen periode.
  • Kies een andere periode met behulp van de knop onderaan.

Legende

Deze grafiek toont de evolutie van de resultaten van de voorziening doorheen de tijd vergeleken met de evolutie in andere voorzieningen.

  • De donkerblauwe lijn en punten tonen het resultaat van de voorziening doorheen de tijd voor de aangeduide periodes.
  • De stippellijnen geven het betrouwbaarheidsinterval aan.
  • Wanneer er een resultaat is voor slechts één periode, wordt het betrouwbaarheidsinterval met een vertikale lijn aangeduid.
  • Het gearceerde, blauwe veld geeft aan wat de streefwaarde is voor deze indicator (hoe wordt de streefwaarde gekozen?).
  • De lichtblauwe lijn is het resultaat voor de gemiddelde patiënt in Vlaanderen.
  • De grijze lijnen op de achtergrond geven de resultaten van de andere voorzieningen weer doorheen de tijd.

Toelichting voorziening

Algemeen Ziekenhuis Sint-Dimpna, Geel
Geen toelichting voorzien.
Over de periode: 2015-2017

Wat is het relatief sterfterisico (hazard ratio) voor patiënten binnen drie jaar na het vaststellen van rectumkanker in een specifiek ziekenhuis, indien we rekening houden met de hierboven vermelde factoren? Bij deze indicator tellen alle doodsoorzaken mee, dus niet alleen rectumkanker. De term gecorrigeerd wijst op het feit dat om het sterfterisico te berekenen rekening gehouden wordt met een aantal factoren die een invloed hebben op het sterfterisico. Deze factoren worden hierboven weergegeven. De term relatief wijst op het feit dat het sterfterisico beschouwd wordt in vergelijking tot het gemiddelde Vlaams ziekenhuis.
Bekijk deze indicator samen met de andere indicatoren over overleving en sterfterisico.

Het resultaat van deze indicator werd niet bepaald, omdat Algemeen Ziekenhuis Sint-Dimpna onvoldoende patiënten had waarvoor de indicator van toepassing was. Daardoor zijn er voor 2015-2017 onvoldoende gegevens beschikbaar om een betrouwbaar resultaat te kunnen tonen.

Waarom is deze indicator belangrijk?

Deze indicator vergelijkt het geobserveerde relatief sterfterisico tussen ziekenhuizen onderling voor patiënten met rectumkanker tot drie jaar na hun diagnose ongeacht de doodsoorzaak, maar wel rekening houdend met bovenstaande factoren. Het is belangrijk om deze factoren in rekening te brengen bij de vergelijking van overlevingskansen tussen ziekenhuizen. Indien ziekenhuis A gemiddeld gezien oudere patiënten en/of meer gevorderde rectumkankers behandelt dan ziekenhuis B, dan is het immers te verwachten dat de overlevingskans voor ziekenhuis A lager ligt dan voor ziekenhuis B. Door de indicator voor dergelijke beïnvloedende factoren te corrigeren, kan er een eerlijkere vergelijking tussen de ziekenhuizen bekomen worden. Merk op dat het onmogelijk is om te corrigeren voor álle factoren die een invloed kunnen hebben op overleving, aangezien deze informatie niet allemaal voorhanden is.

Hoe deze resultaten interpreteren?

Deze indicator is een maat voor hoeveel keer groter of kleiner het risico op overlijden is ten gevolge van alle doodsoorzaken, en niet enkel ten gevolge van rectumkanker, binnen de drie jaar na diagnose in een bepaald ziekenhuis in vergelijking met het gemiddelde Vlaamse ziekenhuis. Een hazard ratio groter (kleiner) dan 1 wijst op een hoger (lager) sterfterisico ten gevolge van alle doodsoorzaken in vergelijking tot het gemiddelde Vlaams ziekenhuis.
Het is belangrijk om ook naar de indicator voor relatieve overleving en het gecorrigeerd relatief sterfterisico ten gevolge van rectumkanker te kijken.

Hier staat een staafgrafiek die het resultaat toont van de voorziening dat u hebt gekozen hebt. De staafgrafiek toont ook waar de resultaten uitkomen van 95% van de voorzieningen, de streefwaarde voor deze indicator en de gemiddelde patiënt.

Legende

  • De gekleurde balk toont het resultaat van de voorziening voor de aangeduide periode of voor de voorzieningen die worden vergeleken.
  • De onderste, grijze balk (het “95% interval”) geeft aan waar de resultaten uitkomen van 95% van de voorzieningen voor de meest recente periode.
  • De blauwe stippellijn is de gemiddelde patiënt in de meest recente periode (wat is de gemiddelde patiënt?).

Hier staat een boomgrafiek. Deze toont voor elk ziekenhuis het resultaat en het betrouwbaarheidsinterval. Hoe hoger een ziekenhuis in deze grafiek ligt, hoe hoger zijn resultaat. Hoe meer naar rechts het ziekenhuis ligt, hoe meer patiënten waarvoor de indicator gemeten is.

Legende

Dit is een zogenaamde boomgrafiek (hoe de boomgrafiek interpreteren?).

  • Ofwel worden de resultaten van de voorziening getoond voor de beschikbare periodes ofwel de resultaten van de voorzieningen in de vergelijking voor de meest recente periode.
  • Hoe hoger een voorziening in deze grafiek ligt, hoe hoger zijn resultaat (de verticale as).
  • Hoe meer naar rechts het ziekenhuis ligt, hoe meer patiënten waarvoor de indicator gemeten is (de horizontale as).
  • Het resultaat van alle beschikbare periodes wordt getoond. Enkel voor het resultaat van de gekozen periode wordt het betrouwbaarheidsinterval getoond.
  • Het 95% betrouwbaarheidsinterval van de gekozen periode: elk ziekenhuis waarvan het betrouwbaarheidsinterval de blauwe stippellijn snijdt, heeft geen afwijkend resultaat in vergelijking met de gemiddelde patiënt.
  • De blauwe stippellijn: het resultaat van de gemiddelde patiënt in de gekozen periode (wat is de gemiddelde patiënt?).
  • De grijze stippen: de resultaten van alle deelnemende Vlaamse voorzieningen.
  • Gebruik de knop onderaan om een andere periode te kiezen.

Toelichting voorziening

Algemeen Ziekenhuis Sint-Dimpna, Geel
Geen toelichting voorzien.
Over de periode: 2015-2017

Wat is het relatief sterfterisico ten gevolge van rectumkanker (excess hazard ratio) voor patiënten binnen drie jaar na het vaststellen van rectumkanker in een specifiek ziekenhuis, indien we enkel rectumkanker als mogelijke doodsoorzaak beschouwen, en rekening houden met de hierboven vermelde factoren? In de algemene populatie is er een zeker risico op overlijden. Deze indicator geeft enkel het bijkomende sterfterisico bij rectumkankerpatiënten (met andere woorden het risico louter te wijten aan rectumkanker) weer in vergelijking tot het gemiddeld Vlaams ziekenhuis.

Het resultaat van deze indicator werd niet bepaald, omdat Algemeen Ziekenhuis Sint-Dimpna onvoldoende patiënten had waarvoor de indicator van toepassing was. Daardoor zijn er voor 2015-2017 onvoldoende gegevens beschikbaar om een betrouwbaar resultaat te kunnen tonen.

Het resultaat van deze indicator werd niet bepaald, omdat Algemeen Ziekenhuis Sint-Dimpna onvoldoende patiënten had waarvoor de indicator van toepassing was. Daardoor zijn er voor 2012-2014 onvoldoende gegevens beschikbaar om een betrouwbaar resultaat te kunnen tonen.

Het resultaat van deze indicator werd niet bepaald, omdat Algemeen Ziekenhuis Sint-Dimpna onvoldoende patiënten had waarvoor de indicator van toepassing was. Daardoor zijn er voor 2009-2011 onvoldoende gegevens beschikbaar om een betrouwbaar resultaat te kunnen tonen.

Waarom is deze indicator belangrijk?

Deze indicator vergelijkt de kans op overlijden ten gevolge van rectumkanker tussen ziekenhuizen voor patiënten met rectumkanker tot drie jaar na hun diagnose, rekening houdend met de hierboven vermelde factoren. Het is belangrijk om deze factoren in rekening te brengen bij de vergelijking van het kankerspecifieke sterfterisico tussen ziekenhuizen. Indien ziekenhuis A gemiddeld gezien oudere patiënten en/of meer gevorderde rectumkankers behandelt dan ziekenhuis B, is het immers te verwachten dat de relatieve overleving ten gevolge van rectumkanker in ziekenhuis A lager ligt dan in ziekenhuis B. Door de indicator voor dergelijke beïnvloedende factoren te corrigeren, kan er een eerlijkere vergelijking tussen de ziekenhuizen bekomen worden.

Hoe deze resultaten interpreteren?

Het gecorrigeerd relatief sterfterisico ten gevolge van rectumkanker is een maat voor hoeveel keer groter of kleiner het sterfterisico op overlijden ten gevolge van rectumkanker binnen de drie jaar na diagnose is in een bepaald ziekenhuis in vergelijking met het gemiddelde Vlaamse ziekenhuis. Een gecorrigeerd relatief sterfterisico groter (kleiner) dan 1 wijst op een hoger (lager) sterfterisico ten gevolge van rectumkanker in vergelijking tot het gemiddelde Vlaams ziekenhuis.
Merk op dat het onmogelijk is om te corrigeren voor álle factoren die een invloed kunnen hebben op de relatieve overleving, aangezien deze informatie niet allemaal voorhanden is.

Over de periode: 2015-2017

Rectumresectie

Onderstaande indicatoren zijn enkel van toepassing bij patiënten met rectumkanker waarbij ook (een deel van) de enkeldarm werd verwijderd. Het gaat over:

  • Percentage van patiënten die overleden binnen 30 dagen en 90 dagen na het verwijderen van (een deel van) de endeldarm (rectumresectie). Hier wordt er gesproken over de sterftekans binnen 30 (of 90) dagen na de ingreep.
  • De kans op overleven drie jaar na datum van diagnose.

Overlijden is niet enkel afhankelijk van de diagnose rectumkanker maar andere factoren spelen een rol in de sterftekans. Daarom wordt voor alle bovenste vermelde indicatoren ook rekening gehouden met:

  • Geslacht van de patiënt
  • Leeftijd bij diagnose
  • Klinisch stadium van de ziekte (=uitgebreidheid van de tumor op het moment van diagnose)
  • Mate van zelfredzaamheid van de patiënt op moment van diagnose. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van het scoresysteem van de Wereldgezondheidsorganisatie

Voor de bepaling van het gecorrigeerd sterfterisico, maar niet van het relatief sterfterisico ten gevolge van rectumkanker worden ook onderstaande factoren in rekening genomen:

  • Andere aandoeningen van de patiënt zoals chronische hart- en vaataandoeningen, chronische aandoeningen van de luchtwegen en suikerziekte
  • Aantal dagen dat een patiënt opgenomen werd gedurende het jaar voorafgaand aan de diagnose van rectumkanker.

Door rekening te houden met deze factoren kan er een eerlijkere vergelijking tussen de ziekenhuizen worden bekomen.

Merk op dat het onmogelijk is om te corrigeren voor álle factoren die een invloed kunnen hebben op het sterftekans, aangezien deze informatie niet allemaal voorhanden is.

Welk percentage van de geopereerde patiënten is overleden binnen 30 dagen na het (gedeeltelijk) verwijderen van de endeldarm, in combinatie met de onmiddellijke medische zorgen na de operatie?

0 %
0
5
10
15
20
25

Waarom is deze indicator belangrijk?

Deze indicator is een maat voor de kwaliteit van de chirurgische behandeling, in dit geval het (gedeeltelijk) verwijderen van de endeldarm (= rectumresectie). Vergelijking van ziekenhuizen onderling kan enkel op basis van de gecorrigeerde indicator.

Hier staat een staafgrafiek die het resultaat toont van de voorziening dat u hebt gekozen hebt. De staafgrafiek toont ook waar de resultaten uitkomen van 95% van de voorzieningen, de streefwaarde voor deze indicator en de mediaan.

Legende

De resultaten van deze niet-gecorrigeerde indicator kunnen niet gebruikt worden om voorzieningen te vergelijken

  • De gekleurde balk toont het resultaat van de voorziening voor de aangeduide periodes.
  • De onderste, grijze balk (het “95% interval”) geeft aan waar de resultaten uitkomen van 95% van de voorzieningen in de meest recente periode.
  • De lichtblauwe brede stippellijn is de mediaan of het middelpunt van de sector, in de meest recente periode: de helft van de voorzieningen in deze sector haalde een resultaat hoger dan of gelijk aan de mediaan, de andere helft haalde een resultaat lager dan of gelijk aan de mediaan.

Hier staat een trechtergrafiek. Die toont de resultaten van alle ziekenhuizen ten opzichte van het aantal patiënten in elk ziekenhuis waarvoor de indicator gemeten is. De grafiek geeft twee trechters: het 95% predictieinterval en het 99% predictieinterval. Elk ziekenhuis dat binnen de trechter van het 95% predictieinterval ligt, heeft geen afwijkend resultaat in vergelijking met het Vlaams gemiddelde.

Legende

De resultaten van deze niet-gecorrigeerde indicator kunnen niet gebruikt worden om voorzieningen te vergelijken. Dit is een zogenaamde trechtergrafiek (hoe een trechtergrafiek interpreteren?).

  • Ofwel wordt het resultaat van de gekozen voorziening voor elke periode getoond, ofwel de resultaten van de laatste periode voor de voorzieningen in de vergelijking.
  • Hoe hoger een voorziening in deze grafiek ligt, hoe hoger zijn resultaat (de verticale as).
  • Hoe meer naar rechts het resultaat ligt, hoe meer patiënten waarvoor de indicator gemeten is, en hoe betrouwbaarder het resultaat (de horizontale as).
  • Het 95% predictieinterval van de gekozen periode: elke voorziening die binnen deze trechter ligt, heeft geen afwijkend resultaat in vergelijking met het Vlaams gemiddelde van de gekozen periode.
  • De blauwe stippellijn: het Vlaams gemiddelde van de gekozen periode.
  • De grijze punten: de resultaten van alle deelnemende Vlaamse voorzieningen voor de gekozen periode.
  • Kies een andere periode met behulp van de knop onderaan.

Legende

Deze grafiek toont de evolutie van de resultaten van de voorziening doorheen de tijd vergeleken met de evolutie in andere voorzieningen.

  • De donkerblauwe lijn en punten tonen het resultaat van de voorziening doorheen de tijd voor de aangeduide periodes.
  • De stippellijnen geven het betrouwbaarheidsinterval aan.
  • Wanneer er een resultaat is voor slechts één periode, wordt het betrouwbaarheidsinterval met een vertikale lijn aangeduid.
  • Het gearceerde, blauwe veld geeft aan wat de streefwaarde is voor deze indicator (hoe wordt de streefwaarde gekozen?).
  • De lichtblauwe lijn is het resultaat voor de gemiddelde patiënt in Vlaanderen.
  • De grijze lijnen op de achtergrond geven de resultaten van de andere voorzieningen weer doorheen de tijd.

Toelichting voorziening

Algemeen Ziekenhuis Sint-Dimpna, Geel
Geen toelichting voorzien.
Over de periode: 2015-2017

Wat is het sterfterisico (odds ratio) binnen 30 dagen na het (gedeeltelijk) verwijderen van de endeldarm (=rectumresectie), indien rekening wordt gehouden met de hierboven vermelde factoren, die een invloed hebben op het sterfterisico.

Het resultaat van deze indicator werd niet bepaald, omdat Algemeen Ziekenhuis Sint-Dimpna onvoldoende patiënten had waarvoor de indicator van toepassing was. Daardoor zijn er voor 2015-2017 onvoldoende gegevens beschikbaar om een betrouwbaar resultaat te kunnen tonen.

Waarom is deze indicator belangrijk?

Deze indicator is een maat voor de kwaliteit van de chirurgische behandeling, in dit geval het (gedeeltelijk) verwijderen van de endeldarm (=rectumresectie).
De kans dat een patiënt overlijdt binnen 30 dagen na chirurgie hangt echter niet alleen af van de kwaliteit van de chirurgische behandeling maar ook van de bovenvermelde factoren.
Het is belangrijk om hiermee rekening te houden bij de vergelijking van sterftecijfers tussen ziekenhuizen. Indien het ene ziekenhuis bijvoorbeeld oudere patiënten en/of meer gevorderde rectumtumoren behandelt dan een ander ziekenhuis, dan kan men verwachten dat de sterftekans in het eerste ziekenhuis hoger ligt dan in het andere ziekenhuis. Door de indicator te corrigeren, kan er een eerlijkere vergelijking tussen de ziekenhuizen worden bekomen.

Hoe deze resultaten interpreteren?

De gecorrigeerde vergelijking van de sterftekans na een ingreep wordt weergegeven aan de hand van een “odds ratio”. Een odds ratio groter (kleiner) dan 1 wijst op een hogere (lagere) sterftekans in vergelijking tot het gemiddeld Vlaams ziekenhuis.

Hier staat een staafgrafiek die het resultaat toont van de voorziening dat u hebt gekozen hebt. De staafgrafiek toont ook waar de resultaten uitkomen van 95% van de voorzieningen, de streefwaarde voor deze indicator en de gemiddelde patiënt.

Legende

  • De gekleurde balk toont het resultaat van de voorziening voor de aangeduide periode of voor de voorzieningen die worden vergeleken.
  • De onderste, grijze balk (het “95% interval”) geeft aan waar de resultaten uitkomen van 95% van de voorzieningen voor de meest recente periode.
  • De blauwe stippellijn is de gemiddelde patiënt in de meest recente periode (wat is de gemiddelde patiënt?).

Hier staat een boomgrafiek. Deze toont voor elk ziekenhuis het resultaat en het betrouwbaarheidsinterval. Hoe hoger een ziekenhuis in deze grafiek ligt, hoe hoger zijn resultaat. Hoe meer naar rechts het ziekenhuis ligt, hoe meer patiënten waarvoor de indicator gemeten is.

Legende

Dit is een zogenaamde boomgrafiek (hoe de boomgrafiek interpreteren?).

  • Ofwel worden de resultaten van de voorziening getoond voor de beschikbare periodes ofwel de resultaten van de voorzieningen in de vergelijking voor de meest recente periode.
  • Hoe hoger een voorziening in deze grafiek ligt, hoe hoger zijn resultaat (de verticale as).
  • Hoe meer naar rechts het ziekenhuis ligt, hoe meer patiënten waarvoor de indicator gemeten is (de horizontale as).
  • Het resultaat van alle beschikbare periodes wordt getoond. Enkel voor het resultaat van de gekozen periode wordt het betrouwbaarheidsinterval getoond.
  • Het 95% betrouwbaarheidsinterval van de gekozen periode: elk ziekenhuis waarvan het betrouwbaarheidsinterval de blauwe stippellijn snijdt, heeft geen afwijkend resultaat in vergelijking met de gemiddelde patiënt.
  • De blauwe stippellijn: het resultaat van de gemiddelde patiënt in de gekozen periode (wat is de gemiddelde patiënt?).
  • De grijze stippen: de resultaten van alle deelnemende Vlaamse voorzieningen.
  • Gebruik de knop onderaan om een andere periode te kiezen.

Toelichting voorziening

Algemeen Ziekenhuis Sint-Dimpna, Geel
Geen toelichting voorzien.
Over de periode: 2015-2017

Welk percentage van de geopereerde patiënten is overleden binnen 90 dagen na het (gedeeltelijk) verwijderen van de endeldarm (= rectumresectie), in combinatie met de onmiddellijke medische zorgen na de operatie?

0 %
0
5
10
15
20
25
30

Waarom is deze indicator belangrijk?

Deze indicator is een maat voor de kwaliteit van de chirurgische behandeling, in dit geval het (gedeeltelijk) verwijderen van de endeldarm (= rectumresectie). Vergelijking van ziekenhuizen onderling kan enkel op basis van de gecorrigeerde indicator.

Hier staat een staafgrafiek die het resultaat toont van de voorziening dat u hebt gekozen hebt. De staafgrafiek toont ook waar de resultaten uitkomen van 95% van de voorzieningen, de streefwaarde voor deze indicator en de mediaan.

Legende

De resultaten van deze niet-gecorrigeerde indicator kunnen niet gebruikt worden om voorzieningen te vergelijken

  • De gekleurde balk toont het resultaat van de voorziening voor de aangeduide periodes.
  • De onderste, grijze balk (het “95% interval”) geeft aan waar de resultaten uitkomen van 95% van de voorzieningen in de meest recente periode.
  • De lichtblauwe brede stippellijn is de mediaan of het middelpunt van de sector, in de meest recente periode: de helft van de voorzieningen in deze sector haalde een resultaat hoger dan of gelijk aan de mediaan, de andere helft haalde een resultaat lager dan of gelijk aan de mediaan.

Hier staat een trechtergrafiek. Die toont de resultaten van alle ziekenhuizen ten opzichte van het aantal patiënten in elk ziekenhuis waarvoor de indicator gemeten is. De grafiek geeft twee trechters: het 95% predictieinterval en het 99% predictieinterval. Elk ziekenhuis dat binnen de trechter van het 95% predictieinterval ligt, heeft geen afwijkend resultaat in vergelijking met het Vlaams gemiddelde.

Legende

De resultaten van deze niet-gecorrigeerde indicator kunnen niet gebruikt worden om voorzieningen te vergelijken. Dit is een zogenaamde trechtergrafiek (hoe een trechtergrafiek interpreteren?).

  • Ofwel wordt het resultaat van de gekozen voorziening voor elke periode getoond, ofwel de resultaten van de laatste periode voor de voorzieningen in de vergelijking.
  • Hoe hoger een voorziening in deze grafiek ligt, hoe hoger zijn resultaat (de verticale as).
  • Hoe meer naar rechts het resultaat ligt, hoe meer patiënten waarvoor de indicator gemeten is, en hoe betrouwbaarder het resultaat (de horizontale as).
  • Het 95% predictieinterval van de gekozen periode: elke voorziening die binnen deze trechter ligt, heeft geen afwijkend resultaat in vergelijking met het Vlaams gemiddelde van de gekozen periode.
  • De blauwe stippellijn: het Vlaams gemiddelde van de gekozen periode.
  • De grijze punten: de resultaten van alle deelnemende Vlaamse voorzieningen voor de gekozen periode.
  • Kies een andere periode met behulp van de knop onderaan.

Legende

Deze grafiek toont de evolutie van de resultaten van de voorziening doorheen de tijd vergeleken met de evolutie in andere voorzieningen.

  • De donkerblauwe lijn en punten tonen het resultaat van de voorziening doorheen de tijd voor de aangeduide periodes.
  • De stippellijnen geven het betrouwbaarheidsinterval aan.
  • Wanneer er een resultaat is voor slechts één periode, wordt het betrouwbaarheidsinterval met een vertikale lijn aangeduid.
  • Het gearceerde, blauwe veld geeft aan wat de streefwaarde is voor deze indicator (hoe wordt de streefwaarde gekozen?).
  • De lichtblauwe lijn is het resultaat voor de gemiddelde patiënt in Vlaanderen.
  • De grijze lijnen op de achtergrond geven de resultaten van de andere voorzieningen weer doorheen de tijd.

Toelichting voorziening

Algemeen Ziekenhuis Sint-Dimpna, Geel
Geen toelichting voorzien.
Over de periode: 2015-2017

Wat is het sterfterisico (odds ratio) binnen 90 dagen na het (gedeeltelijk) verwijderen van de endeldarm (=rectumresectie), indien rekening wordt gehouden met de hierboven vermelde factoren, die een invloed hebben op het sterfterisico.

Het resultaat van deze indicator werd niet bepaald, omdat Algemeen Ziekenhuis Sint-Dimpna onvoldoende patiënten had waarvoor de indicator van toepassing was. Daardoor zijn er voor 2015-2017 onvoldoende gegevens beschikbaar om een betrouwbaar resultaat te kunnen tonen.

Waarom is deze indicator belangrijk?

Deze indicator is een maat voor de kwaliteit van de chirurgische behandeling, in dit geval het (gedeeltelijk) verwijderen van de endeldarm (=rectumresectie).
De kans dat een patiënt overlijdt binnen 90 dagen na chirurgie hangt echter niet alleen af van de kwaliteit van de chirurgische behandeling maar ook van de bovenvermelde factoren.
Het is belangrijk om hiermee rekening te houden bij de vergelijking van sterftecijfers tussen ziekenhuizen. Indien het ene ziekenhuis bijvoorbeeld oudere patiënten en/of meer gevorderde rectumtumoren behandelt dan een ander ziekenhuis, dan kan men verwachten dat de sterftekans in het eerste ziekenhuis hoger ligt dan in het andere ziekenhuis. Door de indicator te corrigeren, kan er een eerlijkere vergelijking tussen de ziekenhuizen worden bekomen.

Hoe deze resultaten interpreteren?

De gecorrigeerde vergelijking van de sterftekans na een ingreep wordt weergegeven aan de hand van een “odds ratio”. Een odds ratio groter (kleiner) dan 1 wijst op een hogere (lagere) sterftekans in vergelijking tot het gemiddeld Vlaams ziekenhuis.

Hier staat een staafgrafiek die het resultaat toont van de voorziening dat u hebt gekozen hebt. De staafgrafiek toont ook waar de resultaten uitkomen van 95% van de voorzieningen, de streefwaarde voor deze indicator en de gemiddelde patiënt.

Legende

  • De gekleurde balk toont het resultaat van de voorziening voor de aangeduide periode of voor de voorzieningen die worden vergeleken.
  • De onderste, grijze balk (het “95% interval”) geeft aan waar de resultaten uitkomen van 95% van de voorzieningen voor de meest recente periode.
  • De blauwe stippellijn is de gemiddelde patiënt in de meest recente periode (wat is de gemiddelde patiënt?).

Hier staat een boomgrafiek. Deze toont voor elk ziekenhuis het resultaat en het betrouwbaarheidsinterval. Hoe hoger een ziekenhuis in deze grafiek ligt, hoe hoger zijn resultaat. Hoe meer naar rechts het ziekenhuis ligt, hoe meer patiënten waarvoor de indicator gemeten is.

Legende

Dit is een zogenaamde boomgrafiek (hoe de boomgrafiek interpreteren?).

  • Ofwel worden de resultaten van de voorziening getoond voor de beschikbare periodes ofwel de resultaten van de voorzieningen in de vergelijking voor de meest recente periode.
  • Hoe hoger een voorziening in deze grafiek ligt, hoe hoger zijn resultaat (de verticale as).
  • Hoe meer naar rechts het ziekenhuis ligt, hoe meer patiënten waarvoor de indicator gemeten is (de horizontale as).
  • Het resultaat van alle beschikbare periodes wordt getoond. Enkel voor het resultaat van de gekozen periode wordt het betrouwbaarheidsinterval getoond.
  • Het 95% betrouwbaarheidsinterval van de gekozen periode: elk ziekenhuis waarvan het betrouwbaarheidsinterval de blauwe stippellijn snijdt, heeft geen afwijkend resultaat in vergelijking met de gemiddelde patiënt.
  • De blauwe stippellijn: het resultaat van de gemiddelde patiënt in de gekozen periode (wat is de gemiddelde patiënt?).
  • De grijze stippen: de resultaten van alle deelnemende Vlaamse voorzieningen.
  • Gebruik de knop onderaan om een andere periode te kiezen.

Toelichting voorziening

Algemeen Ziekenhuis Sint-Dimpna, Geel
Geen toelichting voorzien.
Over de periode: 2015-2017

Hoe verhoudt de overleving bij rectumkankerpatiënten, die een rectumresectie onderging, zich tot die voor een gelijkaardige groep personen zonder rectumkanker? Deze verhouding wordt de relatieve overleving genoemd. De relatieve overleving voor een ziekenhuis is specifiek voor de groep patiënten die dit ziekenhuis consulteerde. Merk op dat men op basis van deze indicator geen correcte vergelijking kan maken tussen de ziekenhuizen onderling en dat deze indicator niet de geobserveerde overlevingskans weergeeft. Bekijk hem daarom samen met de andere indicatoren voor sterfterisico.

Het resultaat van deze indicator werd niet bepaald, omdat Algemeen Ziekenhuis Sint-Dimpna onvoldoende patiënten had waarvoor de indicator van toepassing was. Daardoor zijn er voor 2015-2017 onvoldoende gegevens beschikbaar om een betrouwbaar resultaat te kunnen tonen.

Het resultaat van deze indicator werd niet bepaald, omdat Algemeen Ziekenhuis Sint-Dimpna onvoldoende patiënten had waarvoor de indicator van toepassing was. Daardoor zijn er voor 2012-2014 onvoldoende gegevens beschikbaar om een betrouwbaar resultaat te kunnen tonen.

Het resultaat van deze indicator werd niet bepaald, omdat Algemeen Ziekenhuis Sint-Dimpna onvoldoende patiënten had waarvoor de indicator van toepassing was. Daardoor zijn er voor 2009-2011 onvoldoende gegevens beschikbaar om een betrouwbaar resultaat te kunnen tonen.

Waarom is deze indicator belangrijk?

Deze indicator geeft een schatting van de overleving indien rectumkanker de enige mogelijke doodsoorzaak zou zijn. Deze indicator vergelijkt de driejaarsoverleving van twee groepen: de driejaarsoverleving van patiënten die een rectumresectie onderging in kader van rectumkanker relatief tot die van een gelijkaardige groep van personen uit de algemene bevolking (zelfde leeftijd, geslacht, regio en kalenderjaar). Deze indicator kan dan ook enkel relatief geïnterpreteerd worden, dat wil zeggen dat de overlevingskans wordt weergegeven ten opzichte van deze van de algemene Vlaamse bevolking.

Hoe deze resultaten interpreteren?

Een relatieve overleving kleiner (groter) dan 100% wil zeggen dat de overleving bij rectumkankerpatiënten lager (hoger) is dan in de algemene bevolking. Omdat het een verhouding betreft, kunnen de resultaten voor relatieve overleving gelijk zijn aan of dicht bij 100% liggen. Dit betekent niet dat patiënten niet overlijden, maar dat patiënten met deze behandeling een gelijkaardig risico op overlijden hebben als personen in de algemene Vlaamse bevolking. De relatieve overleving kan zelfs boven 100% liggen. Dit fenomeen kan verklaard worden door een gezondere levensstijl of een nauwere medische opvolging van patiënten, maar kan ook eerder methodologisch van aard zijn, bijvoorbeeld omdat de groep uit de algemene bevolking waarmee vergeleken werd te verschillend was van de groep patiënten voor factoren die niet in de vergelijking werden meegenomen.
Op basis van deze indicator kan geen correcte vergelijking gemaakt worden tussen ziekenhuizen. De relatieve overleving voor een ziekenhuis is immers specifiek voor de groep patiënten die dit ziekenhuis consulteerde. Bekijk hem daarom samen met de gecorrigeerde relatieve sterfterisico's.

Over de periode: 2015-2017

Wat is het relatief sterfterisico (hazard ratio) voor patiënten binnen drie jaar na het vaststellen van rectumkanker in een specifiek ziekenhuis, bij wie (een deel van) de endeldarm werd verwijderd (rectumresectie)? Bij deze indicator tellen alle doodsoorzaken mee, dus niet alleen rectumkanker. De term gecorrigeerd wijst op het feit dat om het sterfterisico te berekenen rekening gehouden wordt met een aantal hierboven vermelde factoren die een invloed hebben op het sterfterisico. De term relatief wijst op het feit dat het sterfterisico beschouwd wordt in vergelijking tot het gemiddelde Vlaams ziekenhuis.
Bekijk deze indicator samen met de andere indicatoren over overleving en sterfterisico.

Het resultaat van deze indicator werd niet bepaald, omdat Algemeen Ziekenhuis Sint-Dimpna onvoldoende patiënten had waarvoor de indicator van toepassing was. Daardoor zijn er voor 2015-2017 onvoldoende gegevens beschikbaar om een betrouwbaar resultaat te kunnen tonen.

Het resultaat van deze indicator werd niet bepaald, omdat Algemeen Ziekenhuis Sint-Dimpna onvoldoende patiënten had waarvoor de indicator van toepassing was. Daardoor zijn er voor 2012-2014 onvoldoende gegevens beschikbaar om een betrouwbaar resultaat te kunnen tonen.

Het resultaat van deze indicator werd niet bepaald, omdat Algemeen Ziekenhuis Sint-Dimpna onvoldoende patiënten had waarvoor de indicator van toepassing was. Daardoor zijn er voor 2009-2011 onvoldoende gegevens beschikbaar om een betrouwbaar resultaat te kunnen tonen.

Waarom is deze indicator belangrijk?

Deze indicator vergelijkt het geobserveerde relatief sterfterisico tussen ziekenhuizen onderling voor geopereerde patiënten met rectumkanker tot drie jaar na hun diagnose ongeacht de doodsoorzaak, maar wel rekening houdend met bovenstaande factoren. Het is belangrijk om deze factoren in rekening te brengen bij de vergelijking van overlevingskansen tussen ziekenhuizen. Indien ziekenhuis A gemiddeld gezien oudere patiënten en/of meer gevorderde rectumkankers behandelt dan ziekenhuis B, dan is het immers te verwachten dat de overlevingskans voor ziekenhuis A lager ligt dan voor ziekenhuis B. Door de indicator voor dergelijke beïnvloedende factoren te corrigeren, kan er een eerlijkere vergelijking tussen de ziekenhuizen bekomen worden. Merk op dat het onmogelijk is om te corrigeren voor álle factoren die een invloed kunnen hebben op overleving, aangezien deze informatie niet allemaal voorhanden is.

Hoe deze resultaten interpreteren?

Deze indicator is een maat voor hoeveel keer groter of kleiner het sterfterisico op overlijden is ten gevolge van alle doodsoorzaken, en niet enkel ten gevolge van rectumkanker, binnen de drie jaar na diagnose in een bepaald ziekenhuis in vergelijking met het gemiddelde Vlaamse ziekenhuis. Een hazard ratio groter (kleiner) dan 1 wijst op een hogere (lagere) sterfterisico ten gevolge van alle doodsoorzaken in vergelijking tot het gemiddelde Vlaams ziekenhuis.

Het is belangrijk om ook naar de indicator voor relatieve overleving en het gecorrigeerd relatief sterfterisico voor geopereerde patiënten ten gevolge van rectumkanker te kijken.

Over de periode: 2015-2017

Wat is het relatief sterfterisico (excess hazard ratio) ten gevolge van rectumkanker voor geopereerde patiënten binnen drie jaar na het vaststellen van rectumkanker in een specifiek ziekenhuis, indien we enkel dit als mogelijke doodsoorzaak beschouwen, en rekening houden bovenvermelde factoren? In de algemene populatie is er een zeker risico op overlijden. Deze indicator geeft enkel het bijkomende sterfterisico bij rectumkankerpatiënten (met andere woorden het risico louter te wijten aan rectumkanker) weer in vergelijking met het gemiddelde Vlaams ziekenhuis.
Bekijk deze indicator samen met de andere indicatoren voor overleving en sterfterisico.

Het resultaat van deze indicator werd niet bepaald, omdat Algemeen Ziekenhuis Sint-Dimpna onvoldoende patiënten had waarvoor de indicator van toepassing was. Daardoor zijn er voor 2015-2017 onvoldoende gegevens beschikbaar om een betrouwbaar resultaat te kunnen tonen.

Het resultaat van deze indicator werd niet bepaald, omdat Algemeen Ziekenhuis Sint-Dimpna onvoldoende patiënten had waarvoor de indicator van toepassing was. Daardoor zijn er voor 2012-2014 onvoldoende gegevens beschikbaar om een betrouwbaar resultaat te kunnen tonen.

Het resultaat van deze indicator werd niet bepaald, omdat Algemeen Ziekenhuis Sint-Dimpna onvoldoende patiënten had waarvoor de indicator van toepassing was. Daardoor zijn er voor 2009-2011 onvoldoende gegevens beschikbaar om een betrouwbaar resultaat te kunnen tonen.

Waarom is deze indicator belangrijk?

Deze indicator vergelijkt de kans op overlijden ten gevolge van rectumkanker tussen ziekenhuizen voor geopereerde patiënten met rectumkanker tot drie jaar na hun diagnose, rekening houdend met de hierboven vermelde factoren. Het is belangrijk om deze factoren in rekening te brengen bij de vergelijking van het kankerspecifieke sterfterisico tussen ziekenhuizen. Indien ziekenhuis A gemiddeld gezien oudere patiënten en/of meer gevorderde rectumkankers behandelt dan ziekenhuis B, is het immers te verwachten dat de relatieve overleving ten gevolge van rectumkanker in ziekenhuis A lager ligt dan in ziekenhuis B. Door de indicator voor dergelijke beïnvloedende factoren te corrigeren, kan er een eerlijkere vergelijking tussen de ziekenhuizen bekomen worden.

Hoe deze resultaten interpreteren?

Het gecorrigeerd relatief sterfterisico ten gevolge van rectumkanker voor geopereerde patiënten is een maat voor hoeveel keer groter of kleiner het sterfterisico op overlijden ten gevolge van rectumkanker binnen de drie jaar na diagnose is in een bepaald ziekenhuis in vergelijking met het gemiddelde Vlaamse ziekenhuis. Een gecorrigeerd relatief sterfterisico groter (kleiner) dan 1 wijst op een hoger (lager) sterfterisico ten gevolge van rectumkanker in vergelijking tot het gemiddelde Vlaams ziekenhuis.

Merk op dat het onmogelijk is om te corrigeren voor álle factoren die een invloed kunnen hebben op de relatieve overleving, aangezien deze informatie niet allemaal voorhanden is.

Over de periode: 2015-2017

Internet explorer wordt niet ondersteund

Sorry, uw browser wordt niet meer ondersteund. Gelieve over te schakelen naar een modernere browser, zoals Edge, chrome, firefox etc.